Na de dood van Jozef en zijn broers worden hun nakomelingen talrijk in Egypte. Na verloop van tijd treedt er een nieuwe farao aan, die Jozef niet gekend heeft. Hij ziet de uitbreiding van het volk van Israël als een bedreiging en legt hen zware dwangarbeid op. Bovendien beveelt hij vroedvrouwen (verloskundigen) alle zonen die bij de Israëlieten geboren worden te doden. De vroedvrouwen negeren zijn bevel.
Dan beveelt de farao alle Egyptenaren om Hebreeuwse jongetjes in de Nijl te gooien.
In deze situatie wordt Mozes geboren. Zijn moeder Jochebed verbergt hem drie maanden. Om Mozes te redden, doet ze het volgende: ze legt hem in een waterdicht gemaakt biezen mandje in het riet aan de oever van de Nijl.
Hebreeën 11 vers 23.
Zijn zus Mirjam kijkt op afstand wat er met hem zal gebeuren. Op het schilderij is haar gezicht zichtbaar tussen het riet. Mozes wordt gevonden door de dochter van de farao. Zij neemt hem aan als zoon; hij wordt opgevoed aan het Egyptische hof.
Parallellen met het leven van Jezus:
Ook na Zijn geboorte er een wrede heerser, Herodes, die Joodse kinderen liet vermoorden.
En ook Jezus is in Egypte geweest.
Mattheüs 2 vers 14 en 15:
Hij (Jozef) stond dan op, nam het Kind en Zijn moeder in de nacht met zich mee en vertrok naar Egypte. En hij bleef daar tot de dood van Herodes, opdat vervuld werd wat door de Heere gesproken is door de profeet: Uit Egypte heb Ik Mijn Zoon geroepen.
Zie ook Hosea 11 vers 1.
In Genesis 15 belooft God aan Abraham zijn nakomelingen uit het land van verdrukking te zullen bevrijden. Mozes wordt de leider die het volk uit het ‘slavenhuis’ Egypte zal leiden. In die functie bemiddelt hij tussen God en het volk. Hij wordt daarom wel de
‘middelaar van het Oude Verbond* genoemd.
Mozes is een type of voorafbeelding van Jezus, die de 'Middelaar van het Nieuwe Verbond* is.
Hebreeën 8.
God spreekt tot Mozes, en Mozes spreekt Gods woorden tot het volk. Mozes was dus profeet. Naast profeet was hij ook priester en koning. Hij offerde voor het volk en regeerde het volk.
In het leven van Jezus zien we deze drie ambten op volmaakte wijze vervuld:
Jezus verlost de mens uit de slavernij van de zonde.
Hij is de Hogepriester die Zichzelf offert om verzoening met God te brengen.
Hebreeën 9 vers 11 en 12.
Als het vleesgeworden Woord van God is Hij de grote Profeet. Johannes 1 en
Handelingen 3 vers 22.
Als Koning regeert Hij, zittend aan de rechterhand van God, de Vader in de hemel. Romeinen 8 vers 34.
Johannes 1 vers 17:
Want de wet is door Mozes gegeven, de genade en de waarheid zijn er door Jezus Christus gekomen.
*Het Oude Verbond is het verbond dat God met het volk Israël bij de Sinaï sloot.
Exodus 24 vers 8.
Hebreeën 9 vers 18 tot en met 20.
Jeremia 31 vers 31 tot en met 34.
Het was gekoppeld aan de offerdienst in de tabernakel. Het Oude Verbond is de voorafschaduwing van het *Nieuwe Verbond, dat door Jezus werd ingesteld.
Mattheüs 26 vers 28.
Hij stelt Zichzelf voor als het nieuwe Paaslam, wiens dood het Nieuwe Verbond instelt.
Dit Nieuwe Verbond is de nieuwe instelling van God waardoor Hij de mensen - door hun zonden te vergeven - in een nieuwe relatie tot Zichzelf plaatst.