Terug naar overzicht

De terugkeer van de verloren zoon

Lukas 15:20

En hij stond op en ging naar zijn vader. En toen hij nog ver van hem verwijderd was, zag zijn vader hem en deze was met innerlijke ontferming bewogen en hij snelde hem tegemoet, viel hem om de hals en kuste hem.

Volledige bijbeltekst

Lukas 15 vers 11 tot en met 32
11 En Hij zei: Een zeker mens had twee zonen.
12 En de jongste van hen zei tegen zijn vader: Vader, geef mij het deel van de goederen dat mij toekomt. En hij verdeelde zijn vermogen onder hen.
13 En niet veel dagen daarna maakte de jongste zoon alles te gelde en reisde weg naar een ver land en verkwistte daar zijn vermogen in een losbandig leven.
14 En toen hij er alles doorgebracht had, kwam er een zware hongersnood in dat land en begon hij gebrek te lijden. 
15 En hij ging heen en voegde zich bij één van de burgers van dat land, en die stuurde hem naar zijn akkers om de varkens te weiden.
16 En hij verlangde ernaar zijn buik te vullen met de schillen, die de varkens aten, maar niemand gaf hem die.
17 En nadat hij tot zichzelf gekomen was, zei hij: Hoeveel dagloners van mijn vader hebben brood in overvloed en ik kom om van honger.
18 Ik zal opstaan en naar mijn vader gaan en tegen hem zeggen: Vader, ik heb gezondigd tegen de hemel en tegenover u.
19 En ik ben het niet meer waard uw zoon genoemd te worden. Maak mij als één van uw dagloners.
20 En hij stond op en ging naar zijn vader. En toen hij nog ver van hem verwijderd was, zag zijn vader hem en deze was met innerlijke ontferming bewogen en hij snelde hem tegemoet, viel hem om de hals en kuste hem.
21 En de zoon zei tegen hem: Vader, ik heb gezondigd tegen de hemel en tegenover u. Ik ben niet meer waard uw zoon genoemd te worden.
22 Maar de vader zei tegen zijn dienaren: Haal het beste gewaad tevoorschijn en trek het hem aan en geef hem een ring aan zijn hand en sandalen aan zijn voeten.
23 En breng het gemeste kalf en slacht het, en laten we eten en vrolijk zijn.
24 Want deze, mijn zoon, was dood en is weer levend geworden. En hij was verloren en is gevonden.
En zij begonnen vrolijk te zijn.
25 Zijn oudste zoon nu was op de akker. En toen hij dichter bij huis kwam, hoorde hij muziek en reidans.
26 En nadat hij één van de knechten bij zich geroepen had, vroeg hij wat er aan de hand was.
27 Deze nu zei tegen hem: Uw broer is gekomen en uw vader heeft het gemeste kalf geslacht, omdat hij hem weer gezond teruggekregen heeft.
28 Maar hij werd boos en wilde niet naar binnen gaan. Toen ging zijn vader naar buiten en spoorde hem aan.
29 Maar hij antwoordde en zei tegen zijn vader: Zie, ik dien u al zoveel jaren en heb nooit uw gebod overtreden en u hebt mij nooit een bokje gegeven om met mijn vrienden vrolijk te zijn.
30 Maar nu deze zoon van u gekomen is, die uw bezit met hoeren opgemaakt heeft, hebt u voor hem het gemeste kalf geslacht.
31 En hij zei tegen hem: Kind, jij bent altijd bij mij en al het mijne is van jou.
32 Wij zouden dan vrolijk en blij moeten zijn, want deze broer van jou was dood en is weer levend geworden. En hij was verloren en is gevonden.

Uitleg bij dit schilderij

In Lukas 15 vers 2 staat dat religieuze leiders Jezus verweten dat Hij zich inliet met zondige mensen zoals bijvoorbeeld hoeren en corrupte belastingambtenaren: 
Deze Man ontvangt zondaars en eet met hen.

Als antwoord vertelt Jezus drie gelijkenissen. 
Deze drie gelijkenissen in Lukas 15 gaan alle drie over iets dat verloren was en gevonden werd.

In het Oude Testament had de profeet Ezechiël geprofeteerd dat God, ‘de Herder van Israël’, Zelf naar Zijn dwalende en verloren schapen op zoek zou gaan, omdat de ontrouwe herders het lieten afweten. Ezechiël 34.
 
In Mattheüs 15 vers 24 zegt Jezus: 
"Ik ben alleen maar gezonden naar de verloren schapen van het huis van Israël".

De jongste zoon die in de gelijkenis van de twee zonen het huis van zijn vader verliet om zijn eigen weg te gaan, stond model voor zo’n ‘verloren schaap’.
Toen hij terugkeerde naar zijn vader was er vergeving en blijdschap.
Zo is er in de hemel blijdschap over elk zondig mens dat terugkeert tot God.

Door deze gelijkenis zou de indruk kunnen ontstaan dat God de mens die tot Hem komt zonder meer vergeeft en geen aandacht schenkt aan de zonde die hij deed.
God is echter wel barmhartig, maar Hij is ook rechtvaardig. De zonde moet worden bestraft.
De weg terug naar God is alleen open omdat Jezus de straf in onze plaats heeft gedragen.
In Johannes 3 vers 16 staat: Want zo lief heeft God de wereld gehad dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat, maar eeuwig leven heeft.
En in Johannes 14 vers 6 zegt Jezus:
"Ik ben de Weg, de Waarheid en het Leven. Niemand komt tot de Vader dan door Mij".

De oudste zoon uit de gelijkenis lijkt op de religieuze leiders die Jezus verweten een vriend te zijn van zondaren.
In eigen oog was hij rechtvaardig. Hij verachtte zijn broer en toonde geen liefde voor hem. Hij was niet blij met zijn terugkeer.
Zo ontbrak bij de geestelijke leiders ook de liefde voor het volk dat de wet niet kende.
Zie Johannes 7 vers 49.

Als de oudste zoon zich niet zou bekeren van deze liefdeloze en hoogmoedige houding, zou hij zelf de echte ‘verloren zoon’ zijn.

Jezus’ missie ging verder dan alleen het zoeken van de verlorenen in Israël.
In Johannes 10 vers 16 zegt Hij:
"Ik heb nog andere schapen, die niet van deze schaapskooi zijn; ook die moet Ik binnenbrengen, en zij zullen Mijn stem horen en het zal worden één kudde en één Herder".
Zijn verzoeningswerk heeft universele betekenis:
‘…dat Jezus sterven zou voor het volk, en niet alleen voor het volk, maar ook om de kinderen van God, overal verspreid, bijeen te brengen’
Johannes 11 vers 51 en 52.
Zie ook Efeze 2 vers 11 tot en 22.

Stel een vraag over dit schilderij

{{ errors.first("field_10") }}
{{ errors.first("field_11") }}
{{ errors.first("field_12") }}
{{ errors.first("privacy") }}
Download gratis de afbeelding liever een afdruk op canvas?